184
7 SEPTEMBER 1915.
Hieraan voldaan zijnde, worden door genoemde hee-
ren achtereenvolgens in handen van den VOORZITTER
afgelegd de eed van zuivering en de eed van trouw,
voorgeschreven bij art. 39 der gemeentewet.
De VOORZITTER wenscht, alvorens met de behan
deling der agenda een aanvang te nemen, allereerst
een woord van afscheid te wijden aan hen, die hun
raadszetel hebben verlaten, hen hulde en dank bren
gende voor hetgeen ieder in zijne verschillende func-
tiën en naar de mate zijner krachten in het belang der
gemeente heeft gedaan. De herkozen en nieuwgekozen
leden wenscht spreker geluk met hunne benoeming. De
nieuwgekozenen heet spreker welkom in deze verga
dering en hoopt, dat het hen gegeven moge zijn, het
vertrouwen, door de kiezers in hen gesteld, waardig
te maken en dat zij met hunne beste krachten zullen
willen medewerken tot bereiking van het ééne doel, dal
allen zich voor oogen stellen, namelijk den groei en
den bloei van de gemeente Breda.
Hierop nemen de herkozen en nieuwgekozen
leden zitting.
De VOORZITTER deelt mede, dat is ingekomen een
sc'hjrijven van den heer Van Bavel, berichtende, dat
hij wegens ongesteldheid verhinderd is, deze vergade
ring bij te wonen.
De VOORZITTER zegt, dat de notulen van het ver
handelde in de vergaderingen van 14 en 21 Augustus
1915, overeenkomstig het bepaalde bij art. 8 van het
reglement van orde voor den gemeenteraad, ter inzage
voor de leden hebben gelegen en hun bovendien in af
druk zijn toegezonden, en vraagt, of iemand der leden