308 10 DECEMBER 1915. ,,De buitengewone werken der jaren 1911 t/m. 1914 „blijken uit de gemeenterekeningen, die van 1915 en „1916 uit de gemeentebegrooting en de ontwern-ge- ,meentebegrootin g. „Op de aldus uit leening te vinden bedragen zijn in „de becijfering in mindering gebracht „lo.. de buitengewone inkomsten, welke reeds tot „dekking hebben gediend of dienen zullen „2o. hetgeen nog van vorige leeningen (1910 en „1911) beschikbaar was, doordat de opbrengst dier „leeningen hooger is geweest, dan tot dekking noodig „was, ofwel doordat de uitgaven ten slotte minder heb- „ben bedragen, dan bij het aangaan der leening werd „voorzien ,,3o. (dit alleen ten aanzien van de bedrijven) de „onverplichte en nog niet gedane aflossingen op vïroe- „ger gesloten leeningen. Door deze aflossingen op oude „leeningen (met laag rentecijfer) achterwege te laten, „doch in plaats daarvan de aan te gane leening (niet „hooger rentecijfer) evenredig lager te bepalen, wordt „rente bespaard en toch bereikt, dat het in het bedrijf „gestoken kapitaal vermindefring ondergaat in ver houding tot de noodzakelijke afschrijvingen op de „bezittingen. „Wij mogen hiervoor nader naar de becijfering ver rijzen. „Nog niet ter begrooting zijn gebracht de volgende, „in de berekening der leening opgenomen uitgaven „wat betreft den al ge meen en dienst: „f 40000.van de bijdrage der gemeente in de kosten „van het Wilhelminakanaal. De werkzaamheden aan „dat kanaal vorderen zoodanig, dat de geheele bijdrage „wellicht reeds spoedig zal moeten worden gestort, en „naar onze meening is het daarom wenschelijk, het „geheele bedrag der bijdrage, ad f 100000.bij deze „gelegenheid op te nemen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1915 | | pagina 308