10 DECEMBER 1915. 383 onder de wethouders, zal ons college in de gelegen heid zijn om te overwegen, of de instelling eener com missie voor de financiën aanbeveling verdient. Wij zijn ons niet bewust, de zuinigheid niet te heb ben betracht en het zal ons aangenaam zijn, indien de gemeenteraad den wenk om zuinig te zijn, door ons geplaatst onder „algemeene opmerkingen" in de me morie van toelichting op de begrooting 1916, opvolgt. Alvorens voorstellen te doen tot verbetering van de bruggen over de singelgrachten, zal de volgorde der bruggen een afzonderlijk punt van bespreking uitma ken. Van den uitslag dier overweging zullen wij den gemeenteraad mededeeling doen. De opmerking van een lid, dat het meermalen aan gekondigde werklieden-reglement nog niet tot stand kwam, is niet geheel juist. Van de tot dat reglement behoorende onderdeelen is de loonregeling in werking sedert 1912, de pensioenregeling sinds 1913 en vanaf begin 1914 liggen gereed een ontwerp-regeling voor verloven en permissie's, een dito voor benoeming en ontslag, een dito voor het toezicht op den gezondheids toestand en een dito voor uitkeering van loon ingeval van ziekte de behandeling dezer laatste regelingen is door het uitbreken van den oorlog vertraagd. De kwestie van het hooren van vertegenwoordigers der vakver - eenigingen moet in ons college nog besproken worden. De uitvoering van een plan tot uitbreiding der gas fabriek heeft belangrijke vertraging ondervonden de verschillende oorzaken daarvan zijn bekend. Ook naar onze meening is uitbreiding thans urgent. Wij zijn daar om voornemens de vaststelling van een bepaald plan van uitbreiding zooveel in ons vermogen is te bespoe digen. Wanneer de gemeenteraad het advies wenscht van een deskundige op het gebied van gas en electriciteit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1915 | | pagina 333