30 December 1915.
Tegenwoordig de heeren A. VAN BAVEL, A. J.
M. VAN IERSEL, L. J. STAAL, J. LIJDSMAN, J.
M. INGENHOUSZ, A. W. ZIJLMANS, C. J. KLUFT,
C. J. A. BROOS, C. L. STULEMEIJER, Mr. W. IN
GENHOUSZ, L. E. KEIJZER, Jhr. mr. A. REIGERS
MAN, J. J. L. TEYCHINÉ, H. A. SASSEN, N. J. H.
VAN GROENENDAEL, F. C. J. VAN HULTEN, F.
A. M. J. SMITS, A. C. BOM en Mr. P. M. J. E.
BLOEMARTS.
Afwezig de heer W. J. H. FEBER.
Eéne vacature.
Voorzitter de heer Mr. E. O. J. M. baron VAN
HöVELL TOT WESTERFLIER, burgemeester.
Secretaris de heer H. II. JONKERGOUW.
De VOORZITTER, de vergadering geopend hebbende,
zegt, dat de notulen van het verhandelde in de ver
gadering van 20 November 1915, overeenkomstig het
bepaalde bij art. 8 van het reglement van orde voor
den gemeenteraad, ter inzage voor de leden hebben
gelegen en hun bovendien in afdruk zijn toegezonden
en vraagt, of iemand der leden alsnog voorlezing daar
van verlangt of eenige bemerkingen daartegen in het
midden heeft te brengen.
Dit niet het geval zijnde, worden de notulen
van voormelde vergadering goedgekeurd en
vlastgesteld.
Alsnu stelt de VOORZITTER aan de orde.