374 30 DECEMBER 1915.
bureau van den burgerlijken stand en bevolking, waar
voor hij eveneens f 30.per maand geniet.
De heer VAN HULTEN dankt voor de inlichtingen
en zegt, dat hij zich thans wel met de voorgestelde
regeling kan vereenigen
De heer SMITS vraagt, of ook de ontvanger over
die benoemingen wordt gehoord.
De VOORZITTER meent, dat dit thans niet geschied
is, omdat de regeling betrekking heeft op bestaande
ambtenaren.
De heer m,r. W. INGENHOUSZ herinnert er nog
aan, dat vroeger de ambtenaar in particulieren dienst
was van den ontvanger. Bij het optreden van den nieu
wen ontvanger is daarin verandering gekomen. Aan
vankelijk is daarin door eene tijdelijke regeling voor
zien, welke thans door eene vaste regeling wordt ver
vangen.
Zonder verdere bedenking wordt alsnu beslo
ten overeenkomstig het voorstel van burge
meester en wethouders.
13. Voorstel van burgemeester en wethouders, om
de verschuldigde inkoopsommen voor pensioen van ge
meente-ambtenaren in annuïteiten, respectievelijk in ter
mijnen, te voldoen, luidende als volgt
„Ingevolge de Pensioenwet voor de gemeente-ambte-
naren 1913 is de gemeente bijdragen verschuldigd
,,voor inkoop van diensttijd voor pensioen ten be-
hoeve.van ambtenaren, die vroeger in dienst dezer
„gemeente zijn geweest, doch op 1 October 1913 eene
„andere gemeente als ambtenaar dienden.
„De inkoopsom bedraagt acht ten honderd van het
totaal der door de ambtenaren gedurende den in dienst