400 30 DECEMBER 1915.
niet van dezelfde soort waren als die, waarvan- het mon
ster in Rotterdam genomen werd.
De heer BROOS betoogt, dat het absoluut dezelfde
kolen moeten zijn geweest De firma Sch roers of
freerde de kolen uit den lichter te Rotterdam. Uit dien
lichter werd het monster genomen. Oorspronkelijk had
men dus het recht die kolen daar in ontvangst ie
nemen, doch op verlangen van de heeren Stulemeijer
en Van I e r s e 1 belastte de firma zich met de over
lading in een schip naar Breda. Van andere kolen kan
dus geen. sprake zijn.
De heer SASSEN acht zich verplicht een kalm woord
te spreken. De heer van lersel heeft beschuldigin
gen geworpen naar het hoofd van het vroeger dage-
lijksch bestuur, waarvan twee leden hier niet meer aan
wezig zijn. Spreker is er vast van overtuigd, dat de
heer van lersel die beschuldigingen zal terugnemen.
Spreker herinnert er dan aan, dat er in die dagen
een kolennood heerschte. Er kwam een voorstel van
burgemeester en wethouders tot deelneming in de kol-en-
reserve-maatschappiji, waarover breedvoerig werd ge
debatteerd. De heeren Stulemeijer en van Ie r-
s e 1 zijn toen met een offerte voor den dag gekomen
en met machtiging van den toenmaligen voorzitter,
heeft spreker gevraagd die offerte in handen te mogen
hebben. Daarop is besloten tot aankoop en aan den
directeur de noodige opdracht verstrekt. Dat alles is
kalm in zijn werk gegaan. De kolen zijn aangekocht
en verbruikt zonder eenige aanmerking. Van achter
docht bij het dagelijjksch bestuur is geen sprake geweest
en klachten zijn nooit vernomen.
Nu gaat het toch niet aan, om het vroeger bestuur
te beschuldigen van incorrect handelen. Spreker pro
testeert daartegen ten sterste en verlangt, dat de heer