•24 APRIL 1915.
75
De raad, van oordeel, dat door de abnormale stijging
van levensmiddelen, gezinnen met kleine inkomens hulp
behoeven
overwegende, dat, zoo mogelijk, van gemeentewege
hulp moet worden verschaft door het verstrekken van
levensmiddelen
noodigt burgemeester en wethouders uit te overwe
gen, op welke wijze eene dergelijke hulpverleening
mogelijk zou zijn.
Spreker is ervan overtuigd, dat in groote gemeenten
wel regelingen in dien aard zullen worden getroffen.
De VOORZITTER vindt zoodanige motie gevaarlijk,
omdat zij slechts verwachtingen opwekt, die hoogst
waarschijnlijk toch niet in vervulling zullen komen.
Als voorbeeld wijst spreker op de bekende circulaire
van den Minister, die bij slot van rekening algemeen
onuitvoerbaar wordt geacht.
Wat nu betreft de beschikbaarstelling van levensmid
delen tegen minderen prijs, dit punt is reeds herhaal
delijk 'bij burgemeester en wethouders ter sprake ge
bracht, maar zij zien de mogelijkheid daarvan niet in.
Veronderstel, dat Breda goedkoope levensmiddelen
ging beschikbaar stellen, dan zouden de inwoners uit
naburige gemeenten hier hunne inkoopen komen doen.
Dat zou niet te controleeren zijn en het zou voor
Breda eene ruïne worden.
Spreker is in de gelegenheid geweest kennis te ne
men van de bezwaren, die door de gemeentebesturen
van Amsterdam, Rotterdam en Den Haag tegen de be
kende circulaire van den Minister zijn geopperd. Die
bezwaren zijn legio en uit alles blijkt, dat de circulaire
onuitvoerbaar is. En dan de enorme kosten.
Alleen het artikel meel zou voor de gemeente
's Gravenhage per maand komen te staan op eene uit-