76 24 APRIL 1915. gaaf van f 90000.In verhouding tot de bevolking zou dit voor Breda kosten f 8000.a f 9000.per maand. 't Komt spreker echter voor, dat de regeering in deze veel doen kan. Zij heeft het in hare macht om er voor te waken, dat de prijzen van tal van levensmiddelen abnormaal hoog zijn. Zij kan maximum-prijzen vast stellen en den uitvoer verbieden. Het is wel opmerke lijk, dat in de aangrenzende oorlogvoerende landen de prijzen van verschillende levensmiddelen goedkooper zijn dan in ons land. Spreker stemt toe, dat in deze tijden de gemeente zich gerust eenige uitgaaf mag getroosten voor het be schikbaar stellen van goedkoope levensmiddelen, doch dan dient die regeling algemeen te zijn. Eene plaat selijke regeling is onmogelijk. Burgemeester en wet houders kennen geene middelen om aan het verlangen van den heer Stulemeijer te voldoen en moeten daarom de aanneming der motie ten zeerste ontraden. De heer VAN HULTEN acht de zaak blijkbaar nog niet rijp voor uitvoering. De mededeelingen in het Katholiejke Volk en de Nieuwe Courant dekken elnan- der volkomen. De circulaire van den Minister was be doeld bij wijze van voorbereiding, om zoodoende eene regeling te krijgen voor het geheele rijk. Nu is het best mogelijk, dat die circulaire wordt ingetrokken, waardoor dan de zaak in een ander stadium wordt ge bracht. Spreker verwacht dan ook na de intrekking andere maatregelen. De VOORZITTER herinnert eraan, dat de Minister geen duurtetoeslag wil geven en dat hij daarom andere maatregelen in overweging neemt. Het beste middel lijkt spreker om den uitvoer van verschillende artikelen te verbieden. Dan zal er wel eene prijsdaling komen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1915 | | pagina 76