10 MAART 191 105 leden van de Tweede Kamer, de Provinciale Staten en den Gemeenteraad samen te stellen als volgt le district (Gemeentehuis) Ambtshalve de Burgemeester. J. C. Cr a m e r u s, plaatsv. Voorzitter. A. W. Z ij 1 m a n s. Jhr. nir. A. Reiger s m a n. C. L. S t u 1 e in e ij e r, P. van den Biggel a a r. C. Th. B o g m a n s. Voorzitter Leden 4e Lid Plaatsv. Leden Plaatsv. 4e Lid 2e district (Ambachtsschool) Voorzitter J. L ij d s m a n. W. II. B o g a a r d t, plaatsv. Voorzitter. A. C. B o m. F. A. M. J. S m i t s. C. J. Kluft, N. J. H. v a n G r o e n e n d a e 1. C. P. A. K a n t e r s. 3e district (Gasfabriek) Voorzitter: Ch. J. A. Broos. A. J. M. van Iersel, plaatsv. Voorzitter. F. C. J. v a n tl u 11 e n. Th. J. A. van Dijk. F. F. X. Cerutt i, A. v a n B a v e 1. W. J. PI. F eb er. Leden 4e Lid Plaatsv. Leden Plaatsv. 4e Lid Leden 4e Lid Plaatsv. Leden Plaatsv. 4e Lid De heer VAN IIULTEN zegt, dat liet hem zeer on aangenaam getroffen heeft, dat bij het voorstel ten zijnen aanzien wordt afgeweken van de traditie, om van de leden van een stembureau liet oudste lid als plaatsver vangend voorzitter aan te wijzen. Spreker bedoelt dit niet tegen den heer van Iersel, maar als raadslid uit arbeiderskringen maakt hij aanspraak op gelijke

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1917 | | pagina 105