10 MAART 1917.
107
district wordt de heer v an Iersel met 11 stemmen
als plaatsvervangend voorzitter aangewezen, op den
lieer van II u 11 e n waren 8 stemmen uitgebracht
als lid van datzelfde stembureau was de lieer v a n
H uiten met 10 stemmen benoemd, terwijl 8 stemmen
op den heer v an Iersel en 1 stem op den heer
Cram e r u s waren uitgebracht.
11. Schrijven van burgemeester en wethouders,, daarbij
voorstellende de bestaande regeling betreffende den
keuringsdienst van voedingsmiddelen eni gebruiksartikelen
opnieuw voor één jaar onder de bestaande voorwaarden
te verlengen en, in verband daarmede, de benoeming
van den heer Dr. A. Ver w e ij te Rotterdam tot
directeur van genoemden dienst wederom voor één jaar.
ingaande 1 April 1917, te continueeren.
Geen der leden tegen dit voorstel eenige
bedenking hebbende, wordt dienovereenkomstig'
besloten.
12. Voorstel van burgemeester en wethouders tot
nadere bepaling van de tijdstippen, op welke de vaste
aanstellingen van eenige leeraren aan de ambachtsschool
geacht zullen worden te zijn ingegaan, welk voorstel
aldus luidt
.Rij raadsbesluit van 21 Maart 1911 (gedrukte! notulen,
,,blz. 118) werd, met ingang van 1 April d. a. v„ eene
definitieve aanstelling als leeraar aan de ambachts
school gegeven aan de heeren L. C. van der Pol,
,,J. M. S m e e k e n s, M. B a c k x, J. B. S n e 1 d e r s,
,,G. M. den Blinde, H. A. G. Vrensen, J. N.
,,T. B u i n i n g en J. van Z ij p. Deze allen waren
„reeds geruimen tijd, de een langer, de ander korter,
„in hunne functie werkzaam, doch krachtens eene aan
stelling, die, volgens de daarin vervatte bewoordingen,
tijdelijk was.