21 APRIL 1917. 103 werd Zooals uit die adressen blijkt, werden aan de af koeling van gemeentewege de noodige lokalen verlicht „en verwarmd kosteloos beschikbaar gesteld, evenals „zulks geschiedt ten aanzien van verschillende andere „vereenigingen, die zich op de eene of andere wijze de „volksontwikkeling of vermeerdering van vakkehnis ten „doel stellen. „Verder, meenen wij. mag de gemeente niet gaan. „terwijl er ook geene enkele aanleiding bestaat om „voor de adresseerende vereen,iging eene uitzondering „te maken. „Bovendien moeten wij het toekennen van nieuwe „subsidiën in de tegenwoordige tijdsomstandigheden ten „zeorste ontraden. „Wij hebben de eer U mitsdien in overweging te „geven op de hierbijgevoegde adressen afwijzend te „beschikken". De heer ZIJLMANS zegt, dat hij zich met het prae- advies niet kan vereenigen. Eene vergelijking met an dere vereenigingen gaat niet op, aangezien deze v,er- eeniging een doel nastreeft van zoo groot algemeen belang, dat zij wel op eenigen steun mag aanspraak maken). Zij, die het onderwijs geven, zijn niet kapitaal krachtig en evenmin zij, die het onderwijs ontvangen. Spreker beroept zich op het verslag van het lager onderwijs over 1915 en bewondert den moed van de onderwijzers, die zich met het geven van onderwijs willen belasten en evenzoo van de personen, die, of schoon volwassen en voor het meerendeeli analphabeiten, zich de opoffering willen getroosten om althans nog eenige kennis van lezen en schrijven op te doen. Het komt spreker derhalve voor, waar zooveel wordt gedaan voor de werklieden, wat niet verheft, er in dit geval wel degelijk aanleiding bestaat, het verzoek in te wil ligen. Spreker stelt derhalve voor, de gevraagde sub sidie toe te staan. De VOORZITTER zegt, dat burgemeester en wet houders meenen, waar reeds van gemeentewege koste-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1917 | | pagina 163