180
21 APRIL 1917.
aannemen, dat de vroegere kolencommissip niet ten volle
voor hare taak berekend was en dat de talrijke klachten
belreffende de kolenvoorziening daarvan het gevolg
zijn geweest.
Het schijnt echter, dat er thans eene nieuwe kolen-
commissie is tot stand gekomen en daarom wenscht
spreker de volgende vragen te stellen.
Is de kolencommissie al samengesteld Zoo ja, is zi]
dan goedgekeurd door het Rijkskolenbureau Heeft zij
reeds voorschriften ontvangen en een reglement vast
gesteld Zoo ja, waarom is van een en ander geen
publiciteit gegeven
De VOORZITTER antwoordt hierop, dat onlangs
door den Minister eene circulaire aan de burgemeesters
is gericht, om zooveel mogelijk in samenwerking met
omliggende gemeenten eene brandstoffencommissie samen
te stellen. Deze commissie is thans geconstitueerd en
bestaat uit de burgemeesters van Breda, Ginneken,
Princenhage en Teteringenbenevens deheeren Assel-
selbergs, lid der firma Asselbergs enNache-
n i u s, H a r t h o o r n, kolenhandelaar en Hoube n,
directeur der gasfabriek. Zij heeft de goedkeuring ont
vangen van de Rijkskolendistributie, doch wacht nog
op definitieve instructies.
Het is spreker niet bekend, dat het eene gewoonte is
de namen der commissieleden te publiceeren In ieder
geval meent spreker, dat de handelaren zeer goed op
de hoogte zijn van de samenstelling der commissie, het
geen toch voldoende moet worden geacht.
Thans is de geheele regeling nog in een toestand
van voorbereiding, zoodat omtrent de werkwijze der
commissie nog niets is vastgesteld.
Het is sprekers bedoeling de brandstoffenvoorziening
te maken tot eene afdeeling van het levensmiddelen-
bedrijf zoodat dan het financieel beheer bij burgemeester
en wethouders komt. Dit zal echter nog nader worden
vastgesteld.