JU4. 19 Mei 1917. Tegenwoordig de heeren W. H. BOGAARDT, C. P. A. RANTERS, A. VAN BA VEL, C. L. STULE- MEIJER, A. J. M. VAN IERSEL, Th. J. A. VAN DIJK, A. W. ZIJLMANS, C. J. KLUFT, J. C. CRA- MERUS, C. J. A. BROOS, Jhr. mr. A. REIGERSMAN, F. F. X. CERUTTI, F. C. J. VAN HULTEN, F. A. M. J. SMITS, C. Th. BOGMANS, H. J. H. HORNIX en A. C. BOM. Afwezig de heeren J. LIJDSMAN, N. J. H. VAN GROENENDAEL, W. J. II. FEBER en P. VAN DEN BIGGELAAR. Voorzitter de heer nir. E. O. J. M. BARON VAN HÖVELL TOT WESTERFLIER, burgemeester. Secretaris de heer A. J. VAN SON. De VOORZITTER opent de vergadering en deelt mede, dat zijn ingekomen berichten van de heeren F e b e r en van den B i g g e 1 a a r, dat zij ver hinderd zijn deze vergadering bij te wonen vootris, dat de heer L ij d s m a n mondeling heeft medegedeeld verhinderd te zijn. De VOORZITTER zegt, dat de notulen van het ver handelde in de vergadering van 10 Maart j.l.overeen komstig het bepaalde bij art. 8 van het reglement van orde voor den gemeenteraad, ter inzage voor de leden hebben gelegen en hun bovendien, in afdruk zijn toe gezonden en vraagt, of iemand der leden alsnog voor lezing daarvan verlangt, of eenige bemerkingen daar tegen in het midden heeft te brengen. Dit niet het geval zijnde, worden de notulen van voormelde vergadering goedgekeurd en vastgesteld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1917 | | pagina 221