20 JANUARI 1917. 23 lantaarnopstekers. Spreker ge'ooft niet, dat daartegen eenig bezwaar kan bestaan. Er kan dan uitgerekend worden, welk bedrag iedere lantaarnopsteker volgens de wet als pensioen zou kunnen genieten, indien liij pensioengerechtigd was geweest. En dit bedrag, zou dan jaarlijks bij wijze van gratificatie op de begrooting kunnen worden gebracht. De heer VAN HULTEN is tot de overtuiging ge komen, dat hij niets kan bereiken door d'e verwerping van het prae-advies. Spreker zal dus voor liet voorstel van burgemeester en wethouders stemmen, om later een nader voorstel in te dienen, waardoor lantaarn opstekers op de eene of andere wijze geholpen worden. Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt alsnu in stemming gebracht en aangenomen met 9 tegen 7 stemmen. Vóór stemden de lieeren S t u 1 e m e ij e r, vand e n Biggel aar, Cramer u s, L ij d s m a n, Broos, Reigersman, van Groene ndael, van I I u 11 e n en B o m. Tegen waren de lieeren Kanters, van D ij k, Z ij 1 m a n s, K 1 u f t, C e r u 11 i, B o g m a n s en II o r n i x. 17. Prae-advies van burgemeester en wethouders op de adressen van verschillende vakvereenli gingen hier ter stede, betreffende de beschikbaarstelling van cokes en gruis, luidende als volgt: „Onder wederaanbieding van een 4-tal adressen, „waarbij er drie zijn van den R. K. Gildenbond en „één van den Bredaschen Bestuurdersbond, welkte alle „om prae-advies in onze handen zijn gesteld, hebben „wij de eer te memoreeren, dat daarin wordt verzocht: ,a. cokes van de gasfabriek tegen verminderden „prijs beschikbaar te stellen;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1917 | | pagina 23