244 19 MEI 1917.
De VOORZITTER zegt, dat het hem thans duidelijk
is, dat de heer Z ij 1 m a n s niet bedoelde ruggespraak
,te houden, maar adeen publiciteit aan het voorstel
wenschte te geven.
De heer ZIJLMANS geeft nogmaals als zijne mse-
ning te kennen, dat deze verordening te ingrijpend is,
om haar vast te stellen zonder dat de belanighebbenden
er over gehoord zijn. Bovendien acht hij het meer op
den weg der regeering gelegen, om eeno dergelijke
regeling te maken. Was het nu nog de bedoeling deze
verordening voor een paar maanden te maken, dan zou
spreker zich er nog bij neerleggen, maar aan eene
regeling voor altijd kan hij zijn stem niet geven.
De heer BOGMANS ivil den heer Kanters op
merken, dat hij gisteren nog winkeliers over deze
zaak heeft gesproken. Eén van hen zeide hem: indien
gij er iets aan doen kunt, dan heb ik nog liever eene
voorgeschre\Ten winkelsluiting om acht uur, in plaats
van om negen.
De heer BOGAARDT wijst er op, dat, waar men
sprak van aanhouding, we nu reeds midden in de
behandeling zitten.
Het voorstel van den heer ZIJLMANS om de be
handeling \7an dit punt tot eene volgende vergadering
aan te houden welk voorstel voldoende ondersteund
is wordt alsnu in. stemming gebracht en met 7 tegen
10 stemmen verworpen.
Vóóir stemden de heeren Kan ter s, van Dijk,
Z ij 1 m a n s, C e r u 11 i, Smits, HornixenBo m.
Tegen stemden de heeren Bog aardt, van Ba-
v e 1, 8 t u I e in e ij e r, van I e r s e 1, Kluft, Cr a-
merus, Broos, Re i g e r s m an, van Hult e n
en B o g m a n s