20 JANUARI 1917. 31 De VOORZITTER zegt, dat dit niet te controleeren is, tenzij de handelaren worden uitgesloten. Met de tramwegttiaatschappij worden reeds onderhandelingen gevoerd om de levering in te krimpen. De daardoor beschikbare voorraad zou dan ten goede komen aan de ingezetenen. De heer CERUTTI meent, dat men van de hande laren eene verklaring zou kunnen vorderen, dat zij niet zullen leveren huiten de gemeente. De VOORZITTER ziet daarin een groot bezwaar, omdat er mede geknoeid kan worden. Wat het voorstel van den heer van den Big gelaar aangaat, om het gruis tegen verminderden prijs beschikbaar te stel len, vraagt spreker zich af, of zulks wel noodig is. Onder het gruis is zeer veel parelcokes en derhalve is het van uitstekende kwaliteit. Waar zou men hoven- dien de grens moeten trekken, vraagt spreker. De heer STULEMEIJER wijst erop, dat die grens door burgemeester en wethouders in het voorstel zelf is aangegeven, waar sprake is van de laagste drie klassen van den hoofdelijken omslag. Daarin is voor gesteld den prijs te bepalen op 45 cent en nu is er een ander voorstel, om den prijs terug te brengen op dien van vóór den oorlog, n.l. 25 cent. Als de men- schen kunnen geholpen worden zonder dat het aan de gemeente veel geld kost, kan daar niets op tegen zijn. De heer VAN HULTEN voelt wel iets voor het voorstel van den heer van den Biggelaar, maar wil toch, ongeacht de prijsverlaging, een grens zien aangewezen, aan wie het gruis zal worden verstrekt. De heer LLJDSMAN zegt, dat liet voor de gemeente een groot offer zal zijn, maar dat het voor de menschen weinig zal helpen. Men kan dus gerust het prae-advies van burgemeester en wethouders aannemen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1917 | | pagina 31