21 JULI 1917. f37 Ook den prijs van f 1.— per M3. boven de vastge stelde rantsoeneeringj vindt spreker buitengewoon hoog. De groote rem voor bezuiniging is niet gelegen inden hoogen prijs maar in het gevaar voor afsnijding van den toevoer. Spreker zou dan ook den prijs voor ver bruik boven het vastgestelde rantsoen bepaald willen zien op 25 cent per M3. en daarbij de toezegging willen hebben, dat bij verdere rantsoeneering de raad zal te besdissen hebben. De heer VAN HULTEN kan zich heel goed met de verordening vereenigen, doch het heeft spreker getrof fen, dat bij de verbruikers over den muntmeter wordt gesproken van dagirantsoen en bij de verbruikers over den gewonen meter van maandrantsoen. Spreker zou voor iedere groep een dagrantsoen bepaald willen zien. De heer STULEMEIJER begrijpt niet, dat de heer B o g a a r d t aldus spreken kan, wijl bekend is, dat men gebonden is aan de Rijksvoorschriften. Al praten we nu een heelen dag over deze zaak, dan komt "men toch niets verder. Als de voorschriften van de Rijks- kolendistributie komen, kan men niets anders doen dan die voorschriften opvolgen. De kwestie, dat we geen kolen krijgen, moet buiten, het debat blijven. Er liggen voorschriften, die nageleefd moeten worden. Indien men zich daaraan niet stoort, loopt men gevaar, dat men de volgende maand geen kolen meer krijgt. De heer Bogaardt heeft erop gewezen om de zuinigheid te betrachten. Dat is hier geschied, zegt spreker. In de laatste maanden is de bezuiniging iets minder geweest, omdat er aangespoord is tot het koken op gas. liet door den heer Bogaardt aangehaalde voor beeld, betreffende het verbruik van 600 M3. gas in Concordia acht spreker niet gelukkig gekozen. Dat verbruik heeft plaats gehad ter gelegenheid van een liefdadigheidsfeest ten behoeve van de ongelukkigen,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1917 | | pagina 337