360 13 AUGUSTUS 1917. „vrijheid kunnen vinden U te adviseeren het verzoek „in te willigen. „In hoofdzaak komen die bezwaren op het volgende „neer. „lo. Vrees voor ernstige waterverontreiniging, wijl „het een zoogenaamd dood kanaal is, ontworpen zon- „der eenige waterverversching ^,.2o. Verplaatsing van de mestvaalt binnen af- „zienbaren tijd, waardoor de gracht rond de mestvaalt „zou kunnen worden gedempt ,,3o. Gemis van een behoorlijk stratenplan, waarop „de hoofdverkeerswegen voor de toekomst zijn vastge legd en waarop de raad geen invloed kan uitoefenen, „omdat de terreinen buiten het grondgebied der ge- „meente gelegen zijn ,,4o. Onvoldoende waarborgen, dat eventueel op te „leggen voorwaarden behoorlijk zullen worden nageleefd. „Al moge aan sommige dezer bezwaren door het „opleggen van strenge voorwaarden en het storten „van een waarborgkapitaal eenigszins kunnen worden „tegemoet gekomen, men verlieze hierbij niet uit het „oog, dat de gemeente in haar toezicht zou komen te „staan tegenover een particulier en, wat nog meer klemt, „herhaaldelijk in botsing zou kunnen komen met de „publieke belangen eener naburige gemeente, wijl zij „daarop geen medezeggenschap heeft, en die de alge- „meene en hygiënische belangen van de eigen- gemeente „ten zeerste zouden kunnen schaden. „Wij achten ons niet in staat, in de gegeven om standigheden zoodanige voorwaarden te ontwerpen, „dat aan al de bezwaren op afdoende wijze wordt te- „gemoet gekomen en zien ons dus genoopt U in over- „weging te geven, op het adres afwijzend te beschikken." De VOORZITTER vraagt, of de raad zich met dit prae-advies kan vereenigen. Niemand der leden hiertegen eenige beden king te kennen gevende, wordt dienovereen komstig besloten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1917 | | pagina 360