362 13 AUGUSTUS 1917.
,,eene buitengewone tegemoetkoming op grond yan de
,,zeer bijzondere omstandigheden, waaronder wij leven,
,,wensehen wij te zien gehandhaafd. Maar de grens
lijn moet nu hooger worden gesteld dan vroeger,
„omdat langzamerhand nagenoeg alle ambtenaren zon-
,,der eigen vermogen van eenige beteekenis en die dus
„enkel op hun sa'aris zijn aangewezen, den druk der
„tijden gevoelen, zich in vele opzichten aanmerkelijk
„bekrimpen moeten en dan nog niet kunnen rondkomen.
„Yan dit standpunt uitgaande hebben wij gemeend U
„de hierbijgaande ontwerp-regeling ter vaststelling te
„moeten aanbieden, waarbij rekening is gehouden met
„het indertijd door eenige leden uitgesproken verlan
gen, dat inkomsten uit nevenbetrekkingen en andere
„bijverdiensten buiten aanmerking zouden worden ge-
laten en met den wensch, dat ook gelet zou worden
„op de samenstelling van het gezin (kinderbijslag).
„Daarbij is dan tevens tegemoet gekomen aan het
„mede hierbijgevoegd adres van eenige ambtenaren,
„hetwelk in Uwe vergadering van 24 Februari j.l. ter
„tafel kwam en om prae-advies in handen van ons
„college was gesteld.
„Zooals uit de regeling blijkt, wenschen wij aan
„haar terugwerkende kracht toe te kennen tot 1 Mei
„j.l., zijnde het tijdstip, waarop de vroegere regeling
„ophield te werken. Zij zal van kracht blijven, totdat
„de raad het tijdstip gekomen acht haar op te heffen
„of geheel of gedeeltelijk buiten werking te stellen.
„Volgens eene voorloopige globale berekening zul
len de kosten van dezen bijslag f 12000.per jaar
„bedragen, terwijl de regeling, welke van 1 November
„1916 tot 1 Mei j.l. gegolden heeft, eene uitgaaf van
f8000.per jaar medebracht."
De VOORZITTER, dit voorstel toelichtende, zegt,
burgemeester en wethouders hierbij zijn uitgegaan van
het standpunt, dat de vroegere regeling met 1 Mei
heeft opgehouden van kracht te zijn en dat de nieuwe
regeling daarbij behoorde aan te sluiten. Toen was
