380 13 AUGUSTUS 1917. 27. Antwoord van burgemeester en wethouders op de door den heer H o r n i x in de raadsvergadering van 28 April j.l. gestelde en later schriftelijk ingedien de vragen met betrekking tot het beheer van het levens- middelenbedrijf, luidende als volgt Volgens het reglement van orde worden door de „leden van den raad slechts vragen gericht tot den „voorzitter of tot burgemeester en wethouders, welke „vragen hetzij terstond, hetzij in eene volgende verga dering beantwoord worden. „In het midden latend of de opmerkingen van den „heer H o r n i x, welke hij later schriftelijk heeft toe gelicht, met den naam van vragen kunnen worden „bestempeld, kan daarop het volgende worden mede gedeeld „Karnemelk. Zoolang de melkprijs slechts 11 „cent per liter bedroeg, werd niet noodig geoordeeld, „een maximumprijs voor karnemelk te doen vaststel den. overtuigd- als men was. dat het publiek, indien „de prijs van karnemelk te hoog werd, liever volle „melk van 11 cent zou koopen. Aanvankelijk werd „geen toeslag betaald op karnemelk. Toen deze later „wel betaald werd, was het z.gi. melkpotje, waarvan de „heer H o r n i x spreekt, reeds uitgeput en moesten „de kosten gedragen worden door Rijk en gemeente. „Na deze mededeeling zal het duidelijk zijn, dat de „becijfering van den heer Hornix niet juist is en „de kosten voor de gemeente 3/10 X 100° f 3.— zou- „den bedragen hebben in plaats van 50 cent. „Systeem m e 1 k b o n s. Het bonsysteem, dat hier ..werd toegepast, om den melktoeslag te berekenen, is „inderdaad gebleken niet volmaakt te zijn en liet de „mogelijkheid om onregelmatigheden te plegen open. „Een controlesysteem, dat elke fraude volstrekt uit fluit, is nog niet gevonden kunnen worden. „De mogelijkheid, dat aan bakkers volle melk ge keverd werd tegen den prijs van 11 cent per liter „wordt niet ontkend. Die mogelijkheid behoeft niet te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1917 | | pagina 380