27 AUGUSTUS 1917. 403 nimum wordt vastgesteld met een minimum bovendien van I 15.voor ieder kind. Nu wordt door burgemeester en wethouders voorge steld een bijslag te verleenen van 7 met een minimum van f 100.Voor een ambtenaar met f 700.bedraagt dit 14 met f 800 12]/2 Eerst voor ambtenaren met f 1400.en meer komt men aan het vaste per centage van 7 Burgemeester en wethouders meenen dat door dit bedrag de ambtenaren voldoende worden gesteund ook in verband met de draagkracht der gemeente, en dat men daardoor ook in dezelfde lijn bleef van vroegere besluiten omtrent het toekennen van duurtebijslag. Nu is er tegen aangevoerd, dat het verkeerd is over dezelfde lijn een gelijk percentage te geven, doch het Rijk geeft ook een bepaald percentage en gaat ook niet degressief te werk. Deze bijslag mag niet beschouwd worden als eene tijdelijke salarisverho ogling, doch alleen als eene tege moetkoming voor zoover de nood eischt. Als men bij salarisverhoogdng te werk ging, zooals in de amende menten wordt voorgesteld, dan zou dit al zee,r onbillijk zijn. Daarom is ook dat systeem bij het geven van bij slag niet goed te noemen. Wat de voorgestelde amendementen betreft, daarmede kunnen burgemeester en wethouders zi'ch|ni<et vereenigen. De heer van Huiten wil de grens bepaald z'.en op f 3000.Het wil burgemeester en wethouddrs voor komen, dat zulks niet billijk is. Men zou dan evengoed de girjens daar beneden kunnen stellen. Men zou dan ook tot onbillijke grensgevallen komen, wijl de bijslag niet over de geheele lijn loopt.- Het amendement H o r n i x houdt vast aan eene ne derdalende lijn. Burgemeester en wethouders kunnen zich daarmede niet vereenigen, omdat het percentage enorm snel daalt. Bovendien stelt het aan de gemeentekas veel zwaardere eischen. Het amendement-B o g a a r d t achten burgemeester en wethouders ook niet billijk, omdat het een vast bedrag

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1917 | | pagina 403