404
27 AUGUSTUS 1917'.
voor allen noemt. Voor de minstbezoldigden blijft de
gelegenheid bestaan om te leven op denzelfden voet als
voorheen, terwijl voor de hoogere salarissen de toeslag
slechts 3 a 4 bedraagt en dus geen steun kan ge
noemd worden. Ook is de bijslag niet in verhouding tot
dien, welke op het oogenblik aan de beambten en werk
lieden wordt gegeven. Voor de ambtenaren met lage
bezoldiging wordt het percentage veel hoogefr.
De heer HORNIX acht de voorstellen van burge
meester en wethouders en van den heer B o g a a r d t
niet correct. Uit het feit, dat burgemeester en wethou
ders voorstellen een bijslag te geven over de gieheele
lijn, volgt reeds, dat de toestand ernstiger is geworden.
Toch zullen volgens het voorstel alle ambtenaren met
een salaris van f 800.a f 1000.en zelfs die tot
beneden f 1400.erop achteruit gaan en dus minder
bijslag ontvangen dan volgens de oude regeling. Dat is
niet het geval met spirekers voorstel.
Spreker beglrijpt ook niet, wat burgemeester en wet
houders er mede bedoelen, dat volgens zijn voorstel het
percentage te snel daalt. Ook spreker wenscht een bij
slag van 7 voor elk bedrag, waarmede het salaris
f 1000.te boven gaat. Dat is hetzelfde percentage
als door burgemeester en wethouders wordt voorgesteld.
Alleen voor de lagere inkomens is de bijslag iets hooger.
Dat sprekers voorstel te zware eischen aan de ge
meentekas stelt, kan hij niet inzien.
De kostenberekening, die burgemeester en wethouders
van het voorstel geven, is zoo hoog mogelijk opgevoerd.
Er is geen rekening gehouden met den rijksbijlslag, die
de onderwijzers genieten en dus van het bedrag moeten
worden afgetrokken. Evenmin is erop gerekend, dat de
toeslag aan het personeel van de hoogere burgerschool
komt te vervallen, omdat die school met 1 September
aan het Rijk overgaat. Volgens de door spreker ge
maakte berekeningen zou het verschil in meerder slechts
f 1410.bedragen.
Waarheid is, dat ambtenaren met een inkomen van
