500 9 OCTOBER 1917. Het rantsoen aan vet is zoo gering, dat ieder af zonderlijk er bijna niet mede zal kunnen komen. Bij grootere hoeveelheden is de verdeeling gemakkelijker. Nu wordt ook beweerd, dat de mensehen thuis toch moeten stoken, maar het is nog lang niet zeker, of iedereen in den komenden winter wel altijd zal kunnen stoken bij gebrek aan brandstoffen. De heer ZIJLMANS is het er volkomen mede eens, dat, hoe meer men van de inrichting gebruik maakt, des te voordeeliger de exploitatie zal zijn. Spreker zou echter vooraf van de buitengemeenten de verzekering willen hebben, dat zij mededoen, wijl hij anders vreest, dat zij Breda alleen voor de kosten zullen laten zitten. De heer CRAMERUS wijst erop, dat zelfs, als de buitengemeenten niet willen mededoen, Breda toch tot de oprichting van de keuken zou overgaan. Hunne deel neming kan den productieprijs slechts kleiner doen zijn. Aan den heer B o s s e r s antwoordt spreker, dat de keuken voor iedereen zal worden opengesteld om daar door het karakter van bedeeling geheel weg te nemen. Door het wetenschappelijk gereed maken van de spijzen, zal men de voedingswaarde, die vooral in dezen tijd van schaarschte aan levensmiddelen een groote factor is, verhoogen om zoodoende ondervoeding te voorkomen. De arbeidersvrouw is in den regel niet wetenschappelijk onderlegd Het is ook veel spaarzamer, dat men in massa kookt, dan dat ieder afzonderlijk zijn eten bereidt. Aanvan kelijk zUllen er misschien restanten blijven, doch de praktijk zal spoedig uitwijzen, hoeveel porties per dag moeten worden gereed gemaakt, zoodat er dan niets overblijft. Het subsidieer em eener particuliere keuken is niet gewenscht, omdat het dan het karakter van bedeeling draagt. Het ligt daarom juist op den weg der gemeente, dat deze zelf eene keuken opricht en dat zij dit zoo goed en zoo goedkoop mogelijk tracht te doen. En nu

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1917 | | pagina 500