504 9 OCTOBER 1917. De heer CRAMERUS zegt, dat het de bedoeling is eene commissie uit de burgerij te benoemen, waarin ook vrouwen zitting hebben, die controle ulitoefeni en en tevens reclame voor de instelling maakt. De VOORZITTER zegt, dat, wanneer de raad tot de oprichting besluit, de kwestie van beheer nog'nader onder de oogen zal worden gezien en overwogen zal worden, of van de instelling een nieuw bedrijf zal worden gemaakt, ofwel onder het beheer van het le- vensmiddelenbedrijf zal worden gesteld. De heer ZIJLMANS acht het meer plicht om te waken voor de belangen van Breda, dan voor de om liggende gemeenten. De heer VAN BAVEL vraagt, of behalve voedsel- verstrekking, door de inrichting niet tevens warm water zou kunnen worden verstrekt. Dit zou voor vele ge zinnen gewenseht zijn, als zij de wasch moeten doen. De VOORZITTER antwoordt hierop, dat dit punt alsnog overwogen wordt. Niemand der leden stemming verlangende, wordt het voorstel van burgemeester en wet houders alsnu zonder hoofdelijke stemming aangenomen. De heer FEBER geeft in overweging, met het oog op het vergevorderde uur, de vergadering te schorsen en de verdere behandeling der agenda hedenavond voort te zetten. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking heb bende, schorst de VOORZITTER de vergadering tot hedenavond 8 uur. De secretarisDe voorzitter,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1917 | | pagina 504