526 9 OCTOBER 1917.
dat de raad hier niet zit om straffen ui te deelen, maar
om te beoordeelen, of de ontheffing, die gevraagd wordt,
kan worden toegestaan en niet of de betrokkene een
zeker gebruik van zijn perceel wil maken. Bij de be-
oordeeling, of er al dan niet bezwaar bestaat om de
ontheffing te verleenen, moet de begane overtreding
buiten beschouwing worden gelaten. De .rechter zal den
man daarvoor wel straffen.
Waar nu de adviezen gunstig zijn, bestaat er geen
reden om den aanvrager, bij wijze van straf, de ont
heffing te weigeren.
De heer ZIJLMANS zou het hiermede eens zijn, als
de toestand er door verbeterd werd, maar hij wordt
er door verslechterd. En de raad zit hier om goed
werk te doen.
De heer FEBER vraag wanneer de gezondheids
commissie is gehoord.
De VOORZITTER antwoordt hierop, dat, toen een
nieuw verzoek was ingekomen, ook opnieuw het advies
van de gezondheidscommissie is ingewonnen, waaruit
blijkt, dat zij den toestand gezien heef
Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt
alsnu in stemming gebracht en aangenomen met 16
tegen 3 stemmen.
Vóór stemden de heeren Kluft, C e r u 11 i, Smits,
Gr r u ij s, Bogimans, Moll, Cramerus, L ij|ds-
m a n, Broos, Bom, Feber, B o g a a r d t,
van B a v e 1, S t u 1 e m e ij e r, Hornix en van
Ierse!.
Tegen wraren de heeren Z ij 1 m a n s, Bossers
en van D ij k.
Zoodat besloten is aan adressant de ge
vraagde uitzondering toe te staan onder de
volgende voorwaarden