532 9 OCTOBER 1917.
als stookplaats hebben opgegeven, hetgeen spreker met
een voorbeeld toelicht.
Na October kan op verzoek een dagrantsoen van
1 M3. worden toegewezen aan gezinnen met 3 of meer
haardsteden, die het kookfornuis niet als stookplaats
hebben opgegeven. In tegenstelling met dezen zomer is
thans de algemeene regeling om niet op gas te koken.
Burgemeester en wethouders hebben de regeling ern
stig onder de oogen gezien en zullen alles doen om
onbillijkheden weg te nemen, maar zij zijn ook gebon
den aan de rijksivoorschriften
De heer HORN1X meent, dat er thans nog eene
grootere onbillijkheid is ontstaan voor hen, die niet in
t bezit zijn van drie haardsteden. Deze zijn in den
zomer genoodzaakt geweest om op gas te koken en
ontvingen daarom geen kolen. Thans krijgen ze niet
genoeg kolen om zich te verwarmen en kunnen ze
ook niet op gas koken. Dat is nog eene grootere
onbillijkheid
De VOORZITTER antwoordt hierop, dat die men-
schen aangewezen zijn geweest om op gas te koken.
Thans ontvangen zij brandstoffen en worden ziji geacht
te koken op dezelfde kachel die voor verwarming! dient.
De heer HORNIX vraagt, waarom die menschen
moeten achtergesteld worden bij hen, die 3 of meer
haardsteden hebben Deze kunnen toch ook op een van
die kachels koken.
De VOORZITTER zegt, dat de directeur van de
gasfabriek daarop ook de aandacht gevestigd heeft,
maar het betreft hier eene algemeene rijksregeling.
De heer VAN DIJK noemt nog verschillende geval
len op van personen, die op ongelijke wijze zijn be
handeld, hetgeen tot ontevredenheid aan'eiding geeft.
De VOORZITTER zegt, dat door hem is uitgelegd
op welke wijze de gasrantsoeneering thans plaats heeft.