3 NOVEMBER 1917.
563
wordt, kan alleen de opbrengst van den inventaris der
keuken eenig profijt geven.
De opmerking van den heer Smit s, dat de buiten
gemeenten in de exploitatiekosten in dezelfde verhou
ding zouden moeten bijdragen als in de oprichtings
kosten, acht spreker niet juist.
Het geheele tekort op de exploitatie wordt per ge
produceerde portie verrekend. In de oprichtingskosten
wordt betaald naar gelang het getal inwoners, dat er
aan deel kan nemen, maar het zou kunnen zijn, dat de
eene gemeente in evenredigheid meer porties afneemt
dan de andere. Billijk is het daarom, dat in de exploi
tatiekosten per portie wordt bijgedragen.
Aan den heer van Iersel antwoordt spreker, dat
het niet in de bedoeling ligt om af te schrijven. De
netto-opbrengst zal later worden verdeeld.
De heer STULEMEIJER is wel bevredigd omtrent
de gegeven toelichting wat betreft de verdeeling der
kosten. Met betrekking tot art. 10' wijst spreker erop,
dat bij uittreding van een der gemeenten er een verlies
aanwezig kan zi n op de exploitatie en daarin moet
toch voorzien worden.
De heer CRAMERUS wijst eroo, dat, wanneer de
porties onder den kostenden prijs der levensmiddelen
werden verkocht, er een verl es zou kunnen zijn. Maar
dan zou daarvoor het noodige crediet moeten worden
aangevraagd.
De heer SMITS, aannemende, dat Breda 1000, Gin-
neken 400 en Beteringen 400 porties per dag afneemt,
doch Princenhage in 't geheel niets, zou dan Prin-
cenhage niet behoeven bij te dragen.
De heer CRAMERUS zegt, dat die gemeente dan in
de exploitatie niet behoeft bij te dragen.
De heer SMITS is dan tegen het voorstel. Men laat
dan Breda voor alles zorgen.