566 3 NOVEMBER 1917. Afgescheiden van de medewerking der buitengemiesn- ten, had Breda toch besloten ©ene keuken op te richten. Door die medewerking is een giroot voordeel verkregen Eerst wordt ©ene bijdrage ontvangen in de oprichtings kosten en bovendien nog in de exploitatiekosten. De uitbreiding kan niet andiers dan aan de zaak tien goede komen Hoe meer zij zich uitbreidt, des te voordeeliger kan zij werken. De restitutie acht spreker zoo eenvoudig mogelijk. Als men voor gemeenschappelijke rekening iets doet, is het billijk, dat in de kosten wordt bijgedragen naar verhouding van den voorraad, dien men ontvangt. Neemt dus de een iets meer af dan de ander, dan zullen de onkosten daarvan in dezelfde verhouding moeten worden verdeeld. Spreker zal derhalve uit volle over tuiging voorstemmen. De heer CRAMERUS ziet het bezwaar van den heer Smits tegen art. 6 niet in. Het zou dan de bedoeling zijn, dat ook Breda een minimum in de exploitatiekosten behoorde bij te dragen. Dat zou niet voordieeliger uit komen. In de praktijk zal blijken, dat uit de buiten gemeenten ook goede deelneming zal zijn. Men kan zich zelfs zeer goed indenken, dat de arbeidende be volking uit de buitengemeenten meer gebruik van de keuken zal maken dan die uit Breda. Da heer BROOS zegt, dat het te voorzien is, dat men de keuken gauw zal moeten uitbreiden en hoopt, dat het zoover komen zal. Hoe grooter de afname, des te kleiner zullen de exploitatiekosten drukken. De heer CERUTTI zegt, dat de grondslag voor de berekening hem niet juist blijkt. Voor Breda geldt de geheel© bevolking ter berekening van de pprties en voor dé buitengemeenten maar gedeeltelijk. Iedereen zal er niet aan deelnemen waarschijnlijk alleen de min der gegoeden. De VOORZITTER meent, dat het voor Breda nog

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1917 | | pagina 566