20 JANUARI 1917. „die, het blijkt uit vele maatregelen, ernstig is, niet „ernstiger worden? Wij weten het niet. Het wil mij „evenwel voorkomen, dat het met het oog op de on zekere toekomst dringend noodzakelijk is, den eeirwoud „te betrachten en zuinig te leven. Ieder moet ervan „doordrongen zijn dat hij zijn leven nu niet op den- zelfden voet mag voortzetten als voor den oorlog. ,.M. H. Bij de behandeling der begrooting zijn tal „van onderwerpen ter serake gebracht, die op afdoening „wachten of die nieuw ter hand genomen moeten wor- ..den. Het is niet noodig ze hier op te noemen. Er „zal hard gearbeid moeten worden om ook maar een „deel dier onderwerpen af te handelen. „Ik hoop dat het Dagelijksch Bestuur in 1917 het „vertrouwen van Uwen Raad moge blijven genieten „en van U de krachtige medewerking moge onder- Zinden, die het voorzeker behoeft. Moge mij bij de „vervulling van mijn taak als Voorzitter dezelfde wel- willende bejegening te beurt vallen als tot hier. „Met de zeer gewaardeerde hulp van het ambtenaren- „korps, wier plichtsbetrachting in zoo hooge malle valt „te prijzen, zullen wij, ik ben ervan overtuigd, veel „kunnen tot stand brengen, dat kan bijdragen tot den „bloei van Breda, tot welzijn van de ingezetenen. „Dat zulks 't geval moge zijn is mijn vurigste wensch". De vergadering betuigt hare instemming met het gesprokene door den voorzitter. De hee,r REIGERSMAN, als oudste raadslid alsnu het woord gevraagd en verkregen hebbende, zegt den voorzit! e r hartelijk dank voor de goede wenschen door hem geuit. Met belangstelling hebben de leden van den raad deze rede aangehoord en hoewel daarin veel sombers werd geschetst, zijn er toch ook vele lichtpunten te aanschouwen. Spreker zegt, dat de taak van den voorzitter /.waar is en hoopt van harte, dat hem de noodige

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1917 | | pagina 5