736 29 DECEMBER 1917.
weer ingevoerd. Men vond dit gewenscht, omdat een
aantal groote panden, waaronder ook van naamlooze
vennootschappen, anders buiten de gemeente-belasting
vielen Eene zuivere inkomstenbelasting is zeer zeker
een ideaal, maar opeenten op het personeel zullen toch
noodig blijven, om zoodoende ook de uitwonenden te
kunnen treffen.
De heer BOS,SER»3 acht eene inkomstenbelasting de
meest reëele en meest billijke belasting.
De heer STULEMEIJER meent, dat dan ook nog
zal moeten overwogen worden in hoever het belangi der
gemeente eene verhooging van den hoofdelijken omslag
medebrengt, daar gegronde vrees bestaat, dat vele ge
goeden alsdan elders zullen gaan wonen.
De heer RANTERS is het eens met den heer S t ui 1 e-
m e ij e r en meent, dat velen de gemeente zullen ver
laten, als men het te bont maakt met den hoofdelijken
omslag. Opcenten op het personeel vindt spreker zeer
billijk. Het is eene luxe die belast wordt en hetzelfde
geldt ook voor de belasting op openbare vermakelijk
heden.
De heer BOSSERS vindt het juist eene groote on
billijkheid, dat zij, die het geld laten rollen, nog het
meest aan belasting moeten betalen.
De heer STULEMEIJER herhaalt, dat het eene aan
sporing zou zijn om de mensehen uit de gemeente te jagen.
De heer BOSSERS ziet er geen bezwaar in, dat de
menschen om die reden de stad zouden verlaten.
De VOORZITTER zegt, dat men over deze zaak
verschil'!end kan oordeelen, doch dat de gemeente al
blij mag zijn, dat zij deze bron van inkomsten heeft.
Van alle zijden wordt erop gewerkt, om het belasting
gebied voor de gemeenten te verruimen.
Hierop wordt de post goedgekeurd.