114 2 MAART 1918. I verhooging toe te staan. We moeten zuinig zijp, zeg» spreker. De heer KANTERS wijst er nog op, dat in de ver gadering van 11 December het salaris is vastgesteld op f 100,- per maand. Daar is dus gesproken van maandsalaris en nu spreekt men van een jaarwedde. De heer CRAMERUS zegt dat de directrice vooreen jaar is aangenomen. De heer BOGAARDT is het eens met den heer Yj ij 1 m a n s, dat men niet al te royaal mag zijn, doch de zuinigheid mag niet de wijsheid bedriegen. De keuken moet voorzien in eene bepaalde volks behoefte en degene, die aan "t hoofd ervan staat, moet een loon ontvangen in overeenstemming met de ver antwoordelijkheid, die zij heeft. Toen de keuken werd opgericht, was niet te over zien, welke werkzaamheden eraan verbonden waren. De keuken is hier opgezet door den wethouder en als men nagaat, dat in andere plaatsen de keukers fail- leeren, terwijl ze hier voldoet en het gebruik, dat er van gemaakt wordt", nog steeds toeneemt, dan mag hem den lof niet onthouden worden, die hem toekomt. Spieker meent, dat er dan ook alle aanleiding voor bestaat, om de gedane belofte na te komen. De heer STULEMEIJER beeft de toelichting ook sober gevonden. Vooral in deze tijden, waar het zoo moeielijk is, om aan geschikt personeel te komen, is het noodig, dat men moet zorgen de goede krachten te behouden. Spreker sluit zich derhalve aan bij den heer B o g a a r d t. -i De heer BROOS wijst erop, dat burgemeester en wethouders niet al te royaal met het geld deir gemeente zullen omspringen. Juffrouw F o n k e r t heeft inder tijd geaarzeld, om de betrekking aan te nemen, want zij moest daarvoor eene eigen zaak prijs geven. Nu

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1918 | | pagina 114