188
9 MAART 1918.
„meene opmerking willen maken op het in het rap-
,.port omschrevene door de commissie, en er slechts
,.op hebben willen wijzen om te voorkomen, dat de
verschillende punten in het rapport genoemd, geen
,.punt van bespreking meer zouden uitmaken, omdat
daardoor slechts de zaak zelf zou kunnen gerekt en
vertroebeld worden en alhoewel dit laatste zeker
„niet mijne bedoeling is, zoo acht ik mij toch ge-
noodzaakt eenige dier punten te bespreken
„Op de eerste plaats, mijnheer de voorzitter, een
„woord van hulde en dank aan de commissie, omdat
„zij bij den aanvang van haar werk,, eerst de be
langhebbenden, de vertegenwoordigers der werkilieden-
„organisatie:'s, hebben gehoord en alzoo de organi-
„satie's hebben erkend.
,,I)oor burgemeester en wethouders, evenatls door de
„commissie, wordt gezegd, dat zij zich op het stand-
„punt plaatsen, dat de gemeente haar loonen moet
„toetsen aan de loonen, die betaald worden door par
ticuliere werkgevers, indien deze althans normaal
„geacht kunnen worden. Hierop mijnheer de voor
zitter, wilde ik juist eenige aanmerkingen maken.
„De commissie zegt in haar rapport, dat er een
„loon moet betaald worden, als door een model-werk-
gever, indien dit aan redelijke eischen voldoet. VI.
„de V. wanneer ik dan de voorgestelde loonregeling
„bezie, dan kan ik mij maar niet indenken, hoe
„het mogelijk is dat een aanvangsloon van f 12.—
..per week. een normaal loon genoemd kan worden.
„Door burgemeester en wethouders wordt gezegd,
„bij omschrijving van punt 13, dat in het belang van
„den dienst vereisclit wordt, dat zij voor dit loon.
„goede krachtige werklieden wil krijgen en houden,
„Wanneer wij een loon moeten betalen, mijnheer de
„voorzitter, aan onze pohtie en Werklieden dat over
eenkomt en getoetst wordt aan het loon, dat gegeven
„wordt door een particulier werkgever, dan mogen
„wij allereerst wel eens nagaan, naar welken modcl-
werkgever zijn dan de door burgemeester en wet-
