9 MAART 1 199 „Met vreugde mag ik wel constateeren, dat de .e „nieuwe regelingen den werklieden en politiebeambten ,,in gemeente-dienst, eene totale verhooging van ruim „f 25000.— brengen en B. en W. dankzeggen, dat zij niet hebben geschroomd, ondanks1 de slechte tijden. ..die ook de Gemeente-kas meemaakt, hiermede te ..komen, en alzoo den werklieden en politie-agenten „hebben gebracht het loon, dat hun toekomt en dat „ook zij dankbaar zullen aanvaarden. De heer MOLL deelt nog het volgende mede ter nadere toelichting van de door den heer Bogmans en hem ingediende amendementen op de salaris- en loonregeling. „Mijnheer de Voorzitter, wanneer door mij amen dementen zijjp ingediend vooral om de salarissen" der „gemeentewerklieden en politieagenten te verhoogeu, „dan heb ik dat gedaan, omdat ik er van overtuigd „ben, dat de salarissen èn van de gemeentewerklieden „èn van de politie-agenten te laag worden voorgesteld „en men deze niet kan beschouwen als zouden zij „gelijken tred houden met de normale) standaaidioonen. „welke in particuliere bedrijven worden betaald, en „wanneer ik dan voorstel de loonen van een politie agent 2e klasse te brengen op f 18.d. w. z. het „maximum-loon, dan begin ik met te erkennen, dat „dit beslist nog als te laag kan beschouwd worden. „Mijnheer de voorzitter, ik zou U willen vragen, „kent Gij den toestand van een gezin van een po- „litie-agent „Zoo ja, dan zult Gij mij moeten toegeven, dat „hetgeen door mij en mijn collega Bogmans wordt „voorgesteld, beslist nog te laag is. Was het niet dat "bij dit loon een toeslag wordt gegeven zooals deze „thans geldt, wij zouden niet geaarzeld hebben hooger „te gaan. Mijnheer de voorzitter, wanneer wij het verschil „nemen tussclien een gezin van een werkman en een „gezin van een politie-agent dan loopt dat hemelsbreed

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1918 | | pagina 199