222 9 MAART 1918.
De VOORZITTER deelt mede, dat burgemeester en
wethouders nog cene wijziging in artikel 2 willen
aanbrengen, n.l. om ook aan de hoofdagenten eene
vergoeding toe (e kennen voor diensten welke worden
verricht in den tijd, dat zij! volgens den dienstrooster,
vrij van dienst zijn. Deze vergoeding ware dan vast
te stellen op 40 cent per uur als de uren vallen op
werkdagen tusschen 5 uur 's morgens en 10 uur
's avonds en op 60 cent per uur als die uren vallen
op Zon- en Feestdagen of tusschen 10 uur 's avonds
en 5 uur 's morgens.
De heer STULEMEIJER vraagt, of er voor de
hoofdagenten wel een dienstrooster kan worden vast
gesteld.
De VOORZITTER antwoordt hierop bevestigend.
Artikel 2 wordt alsnu ongewijzigd aange
nomen.
Artikel 3'.
Hierop is ingediend een amendement van de hoeren
M o 11 en B o g m a n s om aan de agenten van politie
vrije geneeskundige hulp te verleenen niet alleen bij
ongevallen, doch ook bij ziekte.
De VOORZITTER zegt, dat burgemeester en wet
houders meenden vooralsnog hiertoe niet te moeten
overgaan. Bij eene eventueele reorganisatie van den
geneeskundigen dienst in deze gemeente, welke binnen
afzienbaren tijd kan worden tegemoet gezien, zou
echter met deze wenschen kunnen worden rekening
gehouden.
De heeren MOLL en BOGMANS verklaren daarop
hun amendement in te trekken.
De artikelen 3 en 4 worden daarna onge
wijzigd goedgekeurd.
Artikel 5.
De VOORZITTER deelt mede, dat dit artikel nog