2 APRIL 1918.
231
zoekende liet voor die inrichting/ toegestane gasrantsoen
te verhoogen.
Bij dit adres is nog gevoegd een schrijven van het
bioscoop-personeel, houdende adha'esie-betuiging aan
het gedaan verzoek.
De VOORZITTER stelt voor. dit adres/te verzenden
naar burgemeester en wethouders om prae-advies.
De heer SMITS zou dan tevens in overweging willen
geven om het systeem van gasafsluiting bij over
schrijding van het rantsoen, zooals dat hier wordt toe
gepast, nader onder de oogen te zien. Het is een
systeem, dat in geene enkele andere gemeente wordt
toegepast en mag ook hier niet langer gehandhaafd
blijven, te meer wijl men hier eenigszins gebonden is
aan willekeur en de afsluiting niet altijd kan plaats
hebben, o.a. niet in Princenhage en bij militaire ge
bouwen.
De VOORZITTER zegt, dat hij dit punt bij bur
gemeester en wethouders zal ter sprake brengen.
De heer FEBER vraagt, welke straf dan zou moeten
worden toegepast, om de voorschriften geëerbiedigd te
zien. Indien geen afsluiting plaats heeft, kan men de
voorschriften straffeloos overtreden, als men maar
betalen wil.
De VOORZITTER wijst erop, dat deze zaak thans
niet aan de orde is. Burgemeester: en wethouders zullen
echter de kwestie onderzoeken en overwegen, welke
andere maatregelen kunnen genomen worden.
Zonder verdere bedenking wordt alsnu
besloten overeenkomstig het voorstel van den
voorzitter.
8. Adres van A. Seegelaar, lantaarnopsteker
bij de gasfabriek alhier, verzoekende bij zijn ontslag
als zoodanig in het genot te worden gesteld van pen
sioen of eene jaarlijksche uitkeering.