2 APRIL 1918.
287
Spreker heeft volstrekt geen bezwaar tegen deze re
geling, doch wenscht alleen maar te constateeren, dat
gedeputeerde staten de wet hebben overtreden.
Zonder bedenking wordt alsnu het betrok
ken ontwerp-besluil goedgekeurd.
15. Schrijven van het college van regenten van het
Oude-mainnenhuis alhier, daarbij machtiging verzoe
kende om in de begrooting van dat gesticht voor hel
dienstjaar 1917 at te schrijven van hoofdstuk VIII der
uitgaven (onderhoud van gebouwen enz.) een bedrag
van f 795,285, en hiervan over te schrijven op
hoofdstuk I (grondlasten, polder- en sasgeklen) f 12.45
II (onderhoud en verzorging) - 640.53r>
IV (wasch- en bleekloonen) - 98.90
IX (jaarwedden, toelagen enz.) - 43.40
Samen f 795.285
Zonder bedenking wordt besloten de ge
vraagde machtiging te verleen en.
16. Schrijven
voor R. K. Oude
van liet. bestuur van het gesticht
vrouwen te Bredadaarbij ter goed-
ontvangsten en
met de daarbij
keuring aanbiedende de rekening van
uitgaven van dat gesticht over 1.917
behoorende bijlagen en kwitantiën.
De VOORZITTER stelt voor, deze rekening ter fiinc
van onderzoek en rapport te stellen in handen eener
commissie van drie leden.
Hiertoe besloten zijnde en op verlangen van den
raad, dat de VOORZITTER die commissieleden zal
aanwijzen, worden door hem als zoodanig benoemd de
heeren van D ij k, Bossers en B o g m a n s.
17. Schrijven van den Armenraad alhier, daarbij
ter goedkeuring aanbiedende de rekening dier admi
nistratie over het dienstjaar 1917, vergezeld van de
daarbij behoorende bescheiden.