28 APRIL 1918, 301
keuken er is, rekenen diezelfde vertegenwoordigers uil,
dat het eten thuis goedkooper kan worden bereid.
Spreker vindt dat niet consequent. In Amsterdam
kosten de porties 13 cent; dat is dus duurder dan hier
De heer VAN IERSEL was vroeger ook voorstan
der van een differentieel tarief. Dat de menschen, die
er gebruik van zouden maken, zulks niet doen, is
eene fout. De commissie plaatst zich op het standpunt,
dat de centrale keuken geen liefdadigheids-, maar eene
iioodilistelling is. En ,nu is het wel opmerkelijk, dat
de arbeidersgezinnen, waar de nood het grootste is
er geen gebruik van maken. Blijkbaar gaat de prijs
boven het bereik van den arbeidersstand, anders
zouden die menschen er wel gebruik van maken.
Spreker geloolt, dat de kosten voor de gemeente niet
zoo groot zouden zijn, als een differentieel tariefi werd
ingevoerd. Spreker zou hierbij rekening willen houden
met het inkomen en niet de grootte der gezinnen.
De heer MOLL onderschrijft ten volle, hetgeen dooi
den heer van I e r s e i in het midden is gebracht.
De groote gezinnen lijden het meest door de abnor
male tijden en lijden aan ondervoeding. Een werkman
met een inkomen van 1' 15.per week en met een
gezin van 4 a 5 kinderen, kan onmogelijk het eten
uit de centrale keuken betrekken. Het is voor hem te
duur, zoodat hij van het genot uitgesloten blijft, als
men aan den tegenwoordigen prijs blijft vasthouden.
De heer BOSSERS zegt. dat hem nu weer duidelijk
is geworden, dat de centrale keuken eigenlijk over-
bod'g is. Er is beweerd, dat zij diende om aan den
minderen man betere voeding te verstrekken. Doch
van betere voeding is geen sprake, hetgeen spreker
reeds vroeger heeft aangetoond. Alleen kan als motief
gelden brandstofbesparing. Omdat het eten thuis echter
goedkooper kan worden bereid, gaat de werkende man
er niet heen.