11 MEI 1918.
831
al
en anderen
omdat er
booten.
zi,jh voor-
ïtueele ver-
beginnen
ig'.
a m e r u s
geene
het kwaad
er, ziet te
belang-
zijjf eenige
uitwerken
gehou-
Er
den heer
belem-
zou zijn
door
1, zou hij
on eikgen
,ardoor het
g. dat het
ids plaatst.
g, om het
naar dat
r te over-
dcn lieer
i hierover
De heer BROOS zegt. dut de plannen van burge
meester en wethouders en die van den heer van
I c r s e 1 elkaar niet in den weg staan. Hij zou dus
een einde willen maken aan den bestaainden noodtoe
stand door het voorstel van burgemeester en wethou
ders aan te nemen Daarna kon dan worden over
wogen of het gewenscht is ook de plannen van den
heer van lersel uit te voeren.
De heer KLUFT zou het voorstel wilden aanhouden.
De tegenwoordige noodtoestand bestaat reeds z'oolatng,
zoodat nog wel een maandje gewacht kan worden).
De VOORZITTER stelt voor, om het voorstel van
burgemeester en wethouders tot eene volgende verga
dering aan te houden.
Waartoe besloten wordt.
18. Schrijven van burgemeester en wethouders,
daarbij opnieuw aanbiedende het prae-advies van 14
Januari j.l. op het adres van J. van der Laan,
om toekenning eener gratificatie, zijnde de beslissing
op dit adres aangehouden in de vergadering van 28
Januari j.l.
De heer FEBER zegt, dat hij met veel belangstel
ling heeft kennis genomen van de stukken, welke om
trent deze zaak ter visie hebben gelegen. Hij heeft
deze stukken gelezen en herlezen, doch hijj heeft hierin
niet een bewijs van schuld van den heer van der
Laan kunnen vinden. Het staat vast, r1at de heer
van der Laan aan de gemeente diensten bewezen
heeft, welke onvoldoende zijn gehonoreerd. Zijn sa
laris was even groot als dat van den kok der centrale
keuken. Dit salaris was geheel onvoldoende, vooral
als men in aanmerking neemt de groote financieele
verantwoordelijkheid, welke de heer van der Laan
had. De zaak, waarover in het betrekkelijke dossier
stukken ter lezing lagen, heeft plaats gehad in een
geheel ander tijdvak dan dat, waarvoor eene gratifi