32 28 JANUARI 1918.
Belgen wonen in kamers met andere gezinnen samen
Er heerscht groote woningnood, hetgeen ook blijkt
uit het bouwen van noodwoningen op het Stations
emplacement van de staatsspoorwegen. Qaarom zou
spreker wenschen, dat ten spoedigste van gemeente
wege wordt overgegaan tot het bouwen van noodwoningen.
De heer BOSSERS vraagt, of ook toezicht op het
bouwen wordt uitgeoefend.
De VOORZITTER andwoordt hierop, dat de plannen
door burgemeester en wethouders moeten worden goed
gekeurd.
De heer LIJDSMAN wijst er op, dat de kosten voor
het maken van privaatputten te groot zijn voor tijde
lijke woningen. Wanneer bij een of ander werk tijdelijk
een directiekeet wordt gebouwd, worden daar ook
privaattonnen geplaatst.
De heer ZIJLMANS vraagt, of de woningen dan
geen waterleiding krijgen. In dat geval is er geen
bezwaar om op de W. C. een spoelreservoir te maken
en kunnen de kosten voor het maken van een beer
put niet zoo groot zijn. Spreker acht het in het belang
der gemeentenaren, dat er een beerput wordt gelegd.
De VOORZITTER zegt, dat burgemeester en wet
houders rekening zullen houden met de gemaakte
opmerkingen. Als zij meenen, dat het noodig is de
voorschriften te handhaven, zullen zij daarvan niet
afwijken.
De heer MOLL meent, dat het hier niet gaat over
het maken van privaten, maar dat alleen eene aan
vrage tot het bouwen van noodwoningen aan de orde is.