27 -JULI 1918.
553
niet op bij vergelijking van gewapend beton met met
selwerk.
Dan heeft hij nog gesproken van eene tijdelijke uit
gave. Ik geloof niet, dat er geen definitieve uitgave te
doen is dan een bedrag, wat je in een kaaimuur steekt
van f 40.000 meer.
Het is de gemeente belasten met de rente van dat
bedrag behalve dan de directe uitgave.
Het eenigste, wat nog kan worden aangevoerd is het
aanzicht van den muur, maar ik vraag me af. of we in
dezen tijd voor een muur, die zoo weinig in 't oog
loopt, dat mogen laten gelden en zooveel mooier is die
gevoegde muur niet tegenover een effen betonmuur.
Mijnheer de Voorzitter Ik acht mij niet verantwoord
die meerdere uitgave te doen alleen voor 't mooie ge
zicht, vooral in dezen tijd, nu de menschen toch al zoo
veel belasting moeten betalen.
De heer LIJDSMAN Ik zou volstrekt niet bevreesd
ziin mijn betoog te houden in een bond van technici.
Wanneer een boot of schip er tegen aanschuimt, is
metselwerk daartegen beter bestand dan gewapend beton.
In beton kan een opening komen daar dringt het
water in en voor het ijzer kan dat toch niet goed zijn
Ik heb gesproken van een tijdelijke uitgave. Ik bedoel
een tijdelijk voordeel door mindere uitgave aan een
betonmuur dan aan een gemetselde muur. Ik ben over
tuigd, dat men beter werk zal hebben aan een gemet
selde dan aan een betonnen muur.
Ik kan met het voorstel van den heer Smits wel
meegaan, ik vind het zelfs een zaak van belang, dat
de nieuwe directeur daarover spreekt.
Zonder verdere bedenking wordt alsnu beslo
ten het voorstel aan ie houden tot eene vol
gende vergadering.
20. Voorstel van burgemeester en wethouders tot toe
kenning van een crediet voor eene te houden woning
telling, luidende als volgt
„Onder dagteekening van 16 Mei j.l. ontvingen wij