27 JULI 1918. 575 zijn om het voorstel van den heer Stulemeijer ingang te doen vinden. De heer STULEMEIJER: M. d. V.! U moet niet ver geten toen de man aangesteld is, heerschten eenigszins andere ideën: toen werd rekening gehouden met het pen sioen, dat de man had. Wanneer hij moet worden ver vangen, moeten we een frissche, nieuwe kracht kunnen krijgen, die zich aanpast aan de positie, waarin Breda dan zal verkeeren, dus ik geloof, dat het noodig is om het te bepalen op f 1000.f1200. Het voorstel van den heer Stulemeijer wordt door burgemeester en wethouders overge nomen, waarna de regeling wordt goedgekeurd. Vroedvrouwen. De VOORZITTER stelt voor de regeling aan te houden. Waartoe wordt besloten. Kapelmeester van het muziekkorps. De heer FEBER Ik heb geen bezwaar tegen aanhouding, maar wil in herinnering brengen dat einde 1916 een reor ganisatie in uitzicht is gesteld, terwijl nu 1V2 jaar later, de toestand nog steeds dezelfde, en ik zeg erbij, nog steeds treurig is. Ik zou willen aandringen op spoed. De wethouder CRAMERUS Ik kan den heer F eb er mededeelen, dat juist door mij de laatste hand is gelegd aan een organisatieplan, dat ik zelf maar gemaakt heb. De heer Kriens heeft er zijn goedkeuring aan gehecht. De heer FEBERM. d. V.Ik neem met blijdschap kennis van de mededeeling van den heer Cramerus. Wordt besloten de regeling alsnu aan te houden. De VOORZITTER Ik wil verder voorstellen de salarissen te achten te zijn ingegaan op 1 Juli met bijbetaling van de verhooging van 1 Januari af.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1918 | | pagina 575