27 JULI 1918. 597 doen om waarborgen te hebben, dat ze den lieelen winter aardappelen hebben. I)ie waarborgen moeten bepaald worden door het gemeen tebestuur, 1°. of er menschen aan het hoofd staan, die zoo'n coöperatieve instelling hebben gemaakt, niet voor het pleizier van deze of gene, maar in 't belang van de aan geslotenen. Dan kon .de distributie van 5 of 4 Kilo aardappelen door tusschenkomst van die coöperatieve vereenigingen plaats vinden. De menschen krijgen niet meer dan 4 Kilo per week, dus kunnen ook niet meer opeten. De coöperatieve vereeniging kan betere qualiteiten aardappelen koopen voor de werklieden, als ze thans moeten betrekken van de ge meente of het Rijk, en ten twreede zorgen voor beteren opslag. En dan, als iedereen op deze wijze geholpen had kunnen zijn, blijft er een kleine categorie over, maar ik heb in overweging gegeven om, als het aantal niet te groot is, de verzorging over te laten aan een van de--bestaande vereenigingen zoodat de gemeentezorg zich alleen bepaalt bij leiding en controle. Bovendien, Mijnheer de Voorzitterik vergat nog te vertellen in den eersten termijn, dat in mijn systeem was opgenomen, dat iedere gemeente zou zorgen voor een reserve- voorraad, voor de gevolgen van force majeure, die zich kan voordoen bij elk stelsel en dan geloof ik, dat de kans dat zoo de voorraad zou zijn verbruikt voordat de winter voor bij is al bitter klein is. Bovendien, wanneer men die richting uitgaat, moet men ook geen weekbroodkaarten meer uit geven, maar dagkaarten en ook de bons niet per week, maar per dag en voor sommige menschen per uur, en misschien zijn er menschen, die een oppasser noodig hebben, om ze het eten toe te dienen, zoodat ze het gekauwd naar binnen krijgen. Ik heb een en ander ter sprake gebracht om ook eens de aandacht te vestigen op een ander stelsel. De heer LIJDSMAN: Mijnheer de Voorzitter! Ik ral zeer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1918 | | pagina 597