d. de verordening, regelende de bezoldiging van amb
tenaren in dienst der gasfabriek en waterleiding, van toe-
604
27 JULI 1918.
geschikt zijn. Als dat inderdaad liet geval was, Mijnheer
de Voorzitter! dan zou het een strop worden.
De VOORZITTER: Ik geloof dat er kilometers kabel
liggen die hier gemaakt zijn en wel voldoen. In ieder geval
zijn we op het oogenblik aangewezen op de eenige fabriek
in ons land.
De heer KANTERS: Ik had liever gehoord, dat ze uit
stekend waren.
De heer BOGAARDT: Ik zou graag ook opheldering
hebben over de brandstoffener wordt gesproken over <le
levering van gassteenkolen. Het zal toch wel de bedoeling
zijn, dat, wanneer er geen gassteenkolen zijn, andere brand
stoffen worden gebruikt, mits ze dezelfde verbrandings-
waarde hebben.
De VOORZITTER: Dit is alleen als maatstaf genomen.
Zonder verdere bedenking wordt alsnu de over
gelegde ontwerp-overeenkomst goedgekeurd.
31. Schrijven van burgemeester en wethouders, daarbij,
met overlegging van een ingekomen schrijven van den direc
teur der lichtbedrijven alhier, voorstellende:
a. te besluiten tot gedeeltelijke electrificatie der gemeente,
zooals in de bijgevoegde beschrijvingen en teekeningen is
aangegeven
b burgemeester en wethouders te machtigen de daar
voor benoodigde werken te doen uitvoeren en die maat
regelen te nemen, welke in verband daarmede noodig of
wenschelijk worden geoordeeld;
c. den prijs der door de gemeente te leveren electrische
energie voorloopig te bepalen, zooals door den directeur
wordt voorgesteld; en