606
27 JULI 1918.
(Voorgelezen).
Naar aanleiding hiervan zouden burgemeester en wet
houders een voorstel willen doen. Dat zou natuurlijk op
tijd gedaan zijn, indien we het op tijd geweten hadden,
maar aangezien de heer Elicli de maanden Augustus en
September toch disponibel heeft eii we gaarne zoo gauw
mogelijk over zijn werkkracht zouden beschikken, doen
burgemeester en wethouders zoo a bout portant een voorstel
en vragen zij aan den Raad, of die kan goedvinden, dat
de heer E. tijdelijk belast wordt met de waarneming van
de betrekking, onder voorwaarde, dat de instructie van
den Directeur ook op hem van toepassing is, behalve voor
wat betreft dat hij geen bijbetrekking mag waarnemen.
In do 2de plaats dat hij den tijd, welken hij niet noodig
heeft hij de Kon. Militaire Academie, beschikbaar stelt voor
de gemeente; 3e. dat hij kati blijven wonen buiten de
gemeente en in de 4de plaats dat hem een salaris wordt
gegeven van f 250.per maand.
Ik wil uitdrukkelijk wijzen op hetgeen in de beslissing van
den Minister van Oorlog staat, dat bij verandering van
bestemming de waarneming eindigt.
De heer HORNIN: Ik hoor daar dat het salaris zal zijn
f 250.- per maand. Als het salaris dat de heer E 1 i c h
'geniet als leeraar aan de Academie, daarbij geteld wordt,
wordt het bedrag dan hooger als het salaris bij vaste aan
stelling als Directeur der gemeentewerken?
Wanneer het hooger is, zou het in 't belang zijn van
den heer Elicli om geen haast te maken met zijn ontslag
uit den militairen dienst. Niet dat ik daar zijn persoon
direct voor aanzie, maar het is een precedent, waar we
wel rekening mee kunnen houden.
De VOORZITTER: Ik geloof wel, dat het iets hooger wordt.
De heer HORN1X: Dus het is in zijn belang, dat hij
zoo lang mogelijk beide functies waarneemt.