742 21 OCTOBER 1918. „welk voorstel in Uwe vergadering van 27 Juli jl. „werd aangehouden. „Bij dit voorstel is thans overgelegd het advies van „den waarnemend directeur van openbare werken, „alsmede een nader advies van de bouwcommissie, „waaruit blijkt, dat het de voorkeur verdient om de „te maken los- en laadplaats in metselsteen in plaats „van gewapend beton te doen uitvoeren. „Ons met deze adviezen vereenigende, hebben wij „de eer U in overweging te geven dienovereenkomstig „te besluiten. „Nadien is nog ingekomen een schrijven van de „Kamer van Koophandel en Fabrieken alhier, waarin „de wenschelijkheid wordt betoogd, om met het bouwen „van den kademuur te beginnen aan de noordzijde „van de Prinsenkade nabij de Gasbrug. „Wij blijven er echter de voorkeur aan geven, om „aanvankelijk slechts deze beschoeiing te maken ter „lengte van 80 M. in aansluiting met den bestaanden „kademuur, waardoor in eene onmiddellijke behoefte „aan verruiming van de bestaande laad- en losgelegen- „heid wordt voorzien, terwijl later, als normale tijden „zullen zijn teruggekeerd, het geheele plan, waaronder „noodwendig ook begrepen moet worden eene verbree- „ding van de Gasbrug, tot uitvoering kan worden „gebracht. „Wij hebben de eer U derhalve voor te stellen, ons „te machtigen tot de uitvoering der besteding van dit „werk over te gaan". De heer ZIJLMANS heeft gelezen, dat de commissie en burgemeester en wethouders niet homogeen zijn. Spr. stelt voor, den muur aan te besteden in 2 per- ceelen, 1 van 80, en 1 van 180 M. Daaruit kan men afleiden, of het goedkooper is, den muur in zijn volle lengte of in gedeelten te doen maken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1918 | | pagina 742