746 21 OCTOBER 1918. De heer LIJDSMAN zegt dat dit ook de bedoeling is. Zonder bedenking wordt alsnu besloten het gevraagde crediet te verleenen. 36. Voorstel van burgemeester en wethouders tot verhooging der vergoeding voor het dragen van burger- kleeding en voor schoeisel en handschoenen aan het politiepersoneel, luidende als volgt: „Bij de behandeling van de verordening regelende „de inrichting en bezoldiging der plaatselijke politie „werd de toezegging gedaan, dat een nader voorstel „Uwen raad zou bereiken, betreffende de toekenning „van vergoeding voor het dragen van burgerkleeding, „alsmede voor schoeisel en handschoenen. „Die vergoeding bedraagt thans: voor het dragen „van burgerkleeding aan hoofdagenten f 50.en aan „agenten f 40. per jaar, voor schoeisel f 15.en „voor handschoenen f 3.per jaar. „Het komt ons voor, dat die vergoeding, in verband „met de stijging dier artikelen, noodwendig tijdelijk „dient te worden verhoogd. „Wij hebben de eer U derhalve in overweging te „geven om, te rekenen van 1 Januari 1918, toe te „kennen de volgende vergoedingen per jaar: „aan daartoe aangewezen hoofdagenten voor het „dragen van burgerkleeding f 75.en aan agenten „f 60. aan alle agenten van politie voor schoeisel „f 25.en voor handschoenen f 5. De heer CERUTTI vraagt, of in het verleenen van uniformen aan de politiedienaren schoeisel en hand schoenen begrepen zijn: dan brengt de billijkheid mee» dat ook inspecteur en adjunct inspecteur ze krijgen- De VOORZITTER antwoordt dat het als het ware een supplement is op de uniform, zoodat het consequent

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1918 | | pagina 746