766
28 NOVEMBER 1918.
harten der burgers nauwer zal aaneen sluiten. De
raadsvergadering van Breda sluit zich aan bij de geachte
door de Hooge Regeering geuit en overeenstemmend
met de traditie van het Nederlandsche volk. Zij be
tuigd haar dank aan den Allerhoogste voor diens onmisken-
baren zegen in de afgeloopen oorlogsjaren en roept zijn
verdere hulp voor deze moeilijke tijden in. Tevens be
tuigt zij opnieuw hare innige aanhankelijkheid aan het
Vorstenhuis, dat door de leiding van het Godsbestuur
over ons regeert en hoopt, dat de eenheid aller burgers
het onderpand moge zijn van het algemeen welzijn van
geheel het land en van onze stad in het bijzonder.
En daarom stel ik voor, mijne Heeren, volgend tele
gram aan onze Majesteit de Koningin te zenden.
De Raadsvergadering van Breda, op dezen door de
Hooge Regeering voorgestelden biddag roept over Uwe
Majesteit Gods riiksten zegen af en betuigt Hem haar
dank en aan het Koninklijk Huis haar innige aanhan
kelijkheid in deze moeilijke tijden.
Niemand der leden hiertegen eenige beden
king hebbende, wordt dienovereenkomstig be
sloten.
De heer BOSSERS vraagt of het niet onverstandig
en inconsequent is op dezen biddag werkende samen
te zijn.
De VOORZITTER meende, dat de leden hiertegen
geen bezwaar, en vandaag juist het best gelegenheid
zouden hebben.
De VOORZITTER zegt, dat de notulen van het ver
handelde in de vergaderingen van 9 Maart en 2 Aoril
jl. overeenkomstig het bepaalde bij art. 8 van het regle
ment van orde voor den gemeenteraad, ter inzage voor
de leden hebben gelegen en hun bovendien in afdruk
zijn toegezonden, en vraagt, of iemand der leden als
nog voorlezing daarvan verlangt, of eenige bemerkingen