b. dat op de geheele overblijvende open ruimte niets worde gebouwd of opgericht d. dat ter voldoening aan art. 5 der woningwet eene teekening, ingericht volgens art. 99 der bouwverordening, aan burgemeester en wethou ders ter goedkeuring worde aangeboden 796 28 NOVEMBER 1918. wen van een ketelhuis met daarbij behoorenden schoor steen op het achterterrein van het perceel aan den Academiesingel no. 9. Bij dit adres zijn gevoegd de adviezen van de ge zondheidscommissie en den waarnemend directeur van openbare werken, alsmede een voorstel van burgemees ter en wethouders om de gevraagde ontheffing te ver- leenen onder de voorwaarden, genoemd in een mede overgelegd ontwerp-besluit. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking te kennen gevende, wordt besloten aan adressant de gevraagde uitzondering toe te staan onder de volgende voorwaarden a. dat geene verandering worde gebracht in de grenzen van het perceel c. dat het gebouw niet van bestemming verandere en nimmer geheel of gedeeltelijk tot woning worde ingericht of gebruikt e. dat, wanneer binnen zes maanden na de dagre kening van dit besluit van de verleende onthef fing geen gebruik is gemaakt, deze geacht wordt niet te zijn verleend en onder bepaling, dat bij niet-vervulling van een dezer voorwaarden de verleende uitzondering ver valt. 34. Prae-advies van burgemeester en wethouders op het adres van den Bredaschen Bestuurdersbond, waar bij instemming wordt betuigd met het verzoek van de plaatselijke commissie uit de arbeidersbeweging voor de levensmiddelenvoorziening, betreifende den verkoop

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1918 | | pagina 796