834
14 DECEMBER 1918.
„wenwet voor de gemeente-ambtenaren 1913, Gemeenteblad
„No. 231, sub. B, te doen vervallen en aan het artikel
„toe te voegen een nieuw 3e en 4e lid, luidende als
„volgt
3. Het verhaal heeft eveneens niet
,,p 1 a a t s o v e r den t ij d na 1 October 1913
„bewezen door ambtenaren, die op 1
„Mei 1913 in dienst dezer gemeente
„ware n.
4. Het verhaal houdt op b ij h e t o v e r-
„1 ijden van den ambtenaa r."
Niemand der loden hiertegen eenige beden
king hebbende, wordt dienovereenkomstig be
sloten.
26. Schrijven van burgemeester en wethouders, daar
bij opnieuw ter vaststelling aanbiedende de ontwerp-
veorwaarden van aanbesteding ter verzekering tegen
brandschade van alle roerende en onroerende eigendom
men der gemeente.
De VOORZITTER wil een ingekomen brief van de
Maatschappij ter visie leggen en stelt voor de zaak aan
te houden.
Het voorstel van den heer F e b e r tot verzekering
van kleeren en gereedschappen enz. zou te ver gaan,
omdat alle bewoners van een gebouw daaronder begre
pen zouden zijn.
De heer FEBER vraagt, wat de gemeente dan zal
doen, als in een paniek bij een brand kleeren ver
branden in een gemeentegebouw.
De VOORZITTER zegt, dat de gemeente dan het
risico wel kan dragen het is moeilijk dit te verzekeren.
De heer FEBER wil er acte van nemen, dat door
burgemeester en wethouders wordt meegedeeld, dat in
dergelijke gevallen het risico voor de gemeente is.