850 14 DECEMBER 1018. is, dat zooals nu geschiedt, de directeur van de gas fabriek zooveel mogelijk den gasverkoop, en die van het electriciteitsbedrijf het electriciteitsverbruik bevor dert. In de toekomst .zal men krijgen electrisch l:cht, en gas voor koken en verwarming. Het is daarom on- gewenscht dat aan 't hoofd van de gasfabriek iemand staat, die tegen electrische verlichting is, en omgekeerd; daardoor ontstaan moeilijkheden voor burgemeester en wethouders bij het vragen van adviezen. Daarom is het beter, één kundigen, onbevooroordeelden directeur te hebben. De heer BROOS meent, dat de heer Smits niet zoozeer gekant is tegen de éénhoofdige leiding als zoo danig maar vreest, dat daardoor aan het gas niet de noodige aandacht zal worden besteed. Spreker wil er echter op wijzen, dat de meestkundige directeur met de tegenwoordige materialen geen beter gas kan fabricee- ren. De heer Smits kan dan zijn bezwaar gerust laten vallen de directeur staat te hoog om het eene bedrijf ten koste van het andere te bevoordeelen. De heer SMITS gelooft, dat wanneer de verschillende bedrijven in één hand zijn, de technische leider de voorkeur zal geven aan electriciteit, omdat het opwek ken van electriciteit veel eenvoudiger is dan het maken van goed gas. De heer BROOS ontkent dit. De heer SMITS zegt dat het gas de laatste maand schandalig slecht is. De VOORZITTER meent, dat den directeur hiervoor geen blaam treft. Ook spreker gelooft niet, dat hij min der aandacht zal wijden aan de gasfabricage. De heer VAN DEN BIGGELAAR vraagt, of in de toe komst de directeur van de gasfabriek ook volkomen op

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1918 | | pagina 850